Vrij snel na de start ontstond in de Ronde van Bergeijk een kopgroep met daarbij Vermeltfoort, Kers, Castelijns, Van Katwijk, Breewel en Tempo-coureur Benjamin Sydlik. Ondanks felle tegenstand vanuit het achtervolgende peloton waren de vogels gevlogen. De samenwerking in de kopgroep verliep uitstekend en de zes leiders konden hun voorsprong dan ook handhaven. In de slotfase probeerden Castelijns en Breewel nog weg te springen, maar beiden werden door hun mede-vluchters teruggepakt. Vervolgens was het de beurt aan Benjamin Sydlik. Hij beschrijft zelf hoe het er in die slotronde aan toe ging:
“Ik had wel eerder geprobeerd weg te rijden van de groep maar nooit echt met volle inzet, eerder om te kijken wie achter mij aan reed. Ik had ook zeker niet de kracht om het langer dan een ronde vol te houden.
Net voor het ingaan van de laatste ronde demarreerde ik dan, zonder het vooraf zo gepland te hebben, op het goeie moment door vanuit de laatste positie met overschot uit de bocht te versnellen terwijl de tegenstanders heel even de benen stilhielden en naar elkaar keken. Zo kon ik een klein gat slaan voordat achter mij gereageerd werd.
Toen ik met de bel de laatste ronde inging was het maar een kleine kloof maar deze was genoeg en diegene die als eerste achter mij aan reed wou het gat niet alleen dichtrijden. Dus zette ik alles op alles en ging zo hard mogelijk trappen gewoon alles of niks. Ondanks dat het wel een goeie moment was bleek pas veel later dat het ook het beslissende moment was, want een ronde in Bergeijk telt 2.2km en ik was zeker niet de sterkste van de kopgroep. Maar wanneer ik omkeek zag ik niemand echt dichtbij tot ik na de rotonde een renner alleen zag naderen. Dus moest ik nog even volle risico’s nemen en alles eruit halen. Gelukkig was het nog maar een kleine kilometer met 7 bochten daarin en kon ik hem tot op de laatste rechte lijn ver genoeg afhouden. Met een kleine seconde won ik zo de koers en was ik natuurlijk heel blij daarmee, gewoon omdat ik eigenlijk al vreesde vijfde te worden en dan toch kon winnen.”